Kunnen we het even hebben over communicatie?
Al tijden zit de manier waarop we met ons allen communiceren me behoorlijk dwars. Zélfs als persoon uit de generatie die opgroeide met de opkomst van klaptelefoontjes, steeds groter wordende schermpjes, Doodle Jump, laptops, continue bereikbaarheid, ‘altijd en overal een grote koptelefoon op’ en sociale media.
“Hè?!” Ik probeer mijn gezichtsuitdrukking in tact te houden, maar ik weet zeker dat het ongemak van me af te lezen is. “Dus toen kregen jullie een relatie via Whatsapp? Oké dat kan natuurlijk gewoon… Maar waa-rom?” In mijn hoofd probeer ik me voor te stellen waarom iemand zoiets moois niet face-to-face zou willen bespreken, maar het kost me veel moeite.
Wellicht klink ik nu als tachtigjarige die het allemaal wel beter weet, maar waar is die tijd gebleven waarin we elkaar in het echt lieten weten hoe de vork ik de steel zit? Dat we zo dol op elkaar zijn, geen dag meer zonder elkaar zouden willen spenderen, dat we twijfels voelen of dat we eigenlijk niet zo blij zijn of zelfs een beetje boos over de manier van handelen van de ander. Waarom kloppen we niet meer op elkaars deuren, kijken we elkaar niet meer aan terwijl we (belangrijke) dingen bespreken?
Het kan niet aan de hoeveelheid moeite liggen als je het aan mij vraagt. Tijdens het versturen van die tientallen appjes die je gevoel proberen uit te leggen en vervolgens de ‘beperkende schade-appjes’, waarin je met man en macht probeert uit te leggen dat de ander je verkeerd begrepen heeft en dat het écht anders zit, ben je namelijk al zoveel meer tijd en moeite kwijt dan als je elkaar gewoon even had opgezocht. Een druk op de bel, drie klopjes op het raam en simpelweg de woorden die je op je hart hebt. En mocht de afstand echt te groot zijn, dan hebben we toch die heerlijke belfunctie op het zwarte schermpje dat we elke minuut van de dag met ons meezeulen?
Té vaak laat ik me er tóch in meeslepen. Na een onbeantwoord belletje te hebben gedaan of zelfs voor iemands deur te hebben gestaan, geef ik tevergeefs toe aan het gruwen der appjes dat volgt. Woorden die niks zeggen of uiteindelijk weinig betekenis hebben. Of juist honderden mogelijke betekenissen. En vul dan zelf maar in wat de ander in godesnaam écht wil zeggen, of juist niet wil zeggen.
Enkele dagen geleden verscheen bovenaan mijn tijdlijn op Facebook een lang bericht dat een oud-klasgenootje had geschreven. Hierin vertelt ze dat ze het als een tekortkoming beschouwt dat we onze gevoelens en gedachtes niet meer daadwerkelijk naar elkaar uitspreken. Dat ze deze ongemakken zelf ook ervaart. ‘Wat is hetgeen eigenlijk dat ons hiervan weerhoudt? Waarom leven we met elkaar, maar ook zo langs elkaar heen? En waarom lijkt het zo vreemd om dit te doen?’, zijn vragen die ze zichzelf stelt. Mijn hartje maakte een vreugdesprongetje bij het lezen van dit bericht.
Met grote ogen vol bewondering tuur ik naar een vriendin van me, die zich zonder enige twijfel tot de serveerster wendt. “Mag ik zeggen dat je echt mooie wimpers hebt?” We zitten buiten op het terras en krijgen twee glaasjes rosé voor onze neus, het is nog net niet te koud buiten. Een brede glimlach verschijnt op het gezicht van de jonge meid die ons zojuist de drankjes heeft ingeschonken. Ik moet er ook van glimlachen. De dankbaarheid straalt overal vanaf. “Wat tof dat je dat gewoon zo even zegt!”, breng ik vol enthousiasme uit als de serveerster weg is, terwijl ik mijn vriendin een duwtje geef. “Ik probeer de complimentjes die ik in mijn hoofd heb tegenwoordig gewoon uit te spreken. Eigenlijk is dat veel leuker dan ze voor mezelf te houden.”
Ik wil geen stempel drukken op wat wel of niet een goede manier van communicatie is, wat iedereen zou moeten doen en wat goed of fout is. Want dat wéét ik simpelweg niet en ik kan je garanderen dat ik zelf genoeg fouten maak op dat vlak. Wel merk ik aan mezelf dat ik toe ben aan weer een stukje echtheid. Ik geloof er in dat we een stuk positiever en fijner met elkaar leven als we elkaar daadwerkelijk in de ogen kijken tijdens het bespreken van elkaars gevoel of gedachtes. Dat we dan van elkaar kunnen leren, nieuwe inzichten kunnen krijgen in plaats van boze of verdrietige gevoelens van onbegrip. En op onze eigen manier fijne gevoelens krijgen bij de ander. Want hoe leuk is het om je waardering voor de mensen om je heen uit te spreken in plaats van te appen en hoe fijn voelt het om elkaar een knuffel te kunnen geven na een opgeloste woordwisseling?
Dus bel me, voel je vrij om langs te komen, ik wissel mijn chill-outfitje wel even snel voor je om en zet een kop koffie of thee. En vertel me, hoe is het nou echt met je?