Lieve oma Diny,
Ik mis jullie en ik mis huis en ik mis vroeger en ik mis de onbezorgde zomers en ik mis samen lachen om de grootste onbenulligheden en weet je, ik mis zelfs de geur van mest op de vele weilanden die thuis rijk is, waar ik altijd mijn neus bij ophaal maar die ik stiekem wel een tikkeltje waardeer tussen alle stadse geuren door. Maar het meest mis ik zoveel samen zijn. Wist je dat je één van mijn lievelingsmensen bent? En dat later, of nee eigenlijk nu, ik ook een beetje zo wil zijn als jij.
Een dikke traan rolt over mijn wang, gevolgd door een brede glimlach en nog veel meer tranen die sneller stromen dan dat ik in de hand heb. Met een hoog geluid als enige overblijfsel van mijn stem, probeer ik mijn oma via de telefoon te vertellen dat ik thuis mis. En dat dat eigenlijk nog lang niet de lading dekt, maar dat het momenteel wel alle andere dingen overschaduwt. Samen met mijn oma lach ik door de tranen heen om mijn eigen verdriet. “Zonder gein oma, dit is al de derde keer vandaag dat ik naar familie bel”, geef ik hoofdschuddend toe.
Een lange tijd had ik het goed onder controle maar de laatste week komt een deel van mijn persoonlijkheid dat ik altijd liever onderdruk, veel meer naar boven dan dat ik zou willen. Ik ben een druktemaker. Een denker. Kan uren wakker liggen van zaken die mij niet eens betreffen maar een (slechte) invloed hebben op de mensen die dichtbij me staan. Of van het missen van die mensen. Ik stoor me er mateloos aan, de wispelturigheid die hier de laatste weken om de een of andere reden bij komt kijken. De ene dag heb ik het gevoel dat ik alle situaties en de daarbij behorende gevoelens heel prima onder de controle heb terwijl ze de andere dag bepalen dat ik niet tot veel in staat ben, emotioneel gezien. Herken je dat?
Ik staar naar mijn lange, donkerrood gelakte nagels. De bovenste randjes van het chemische spul beginnen al los te laten. Met mijn hand reik ik naar de lichtjes die ongeveer een halve meter boven mijn bed hangen. In eerste instantie was ik niet erg te spreken over het witgele licht dat ze afgaven, maar inmiddels heeft het zijn eigen draai gevonden in mijn goednieuw ingerichte interieur. Oma vertelt me wijze anekdotes over de liefde en over het vasthouden van de liefde in moeilijke tijden. Mijn familie heeft momenteel te dealen met verschillende lastige en verdrietige situaties, maar mijn oma is de beste in meeleven en je ondertussen toch een nuchtere kijk geven. Ik weet niet hoe ze het elke keer weer voor elkaar krijgt, maar elk gesprek met haar eindigt in een liefdevol gevoel met een bijpassende glimlach. Met hoeveel tranen het gesprek begon, dat maakt niet eens uit.
Ik pak het randje van een foto vast die ik enkele maanden geleden op de muur plakte. Voorzichtig vouw ik de afdruk om. 17/08/00, lees ik op de kop. Te midden van een grasveldje zit ik met het grootste plezier poedeltjenaakt in een klein teiltje, washandje in mijn rechterhand en sop in de rechtopstaande donkerbruine haartjes. Als je oma Diny ooit ontmoet, vertelt ze je waarschijnlijk bij de eerste ontmoeting met enorm veel schik hoe ik net in mijn luier had gepoept daar midden op de camping in Zeeland, vlak voor het vertrek. Aan mijn eigen koppie te zien had ik er absoluut geen problemen mee dat ik nog even last-minute wat baddertijd kreeg. Ik vouw mijn handen achter mijn hoofd en laat me achterover zakken in de enorme stapel kussens. Tussen alle onrust door kan ik voor de eerste keer vandaag toch een klein stukje tevredenheid vinden. Deze week ga ik proberen zoveel mogelijk samen te zijn met de mensen die misschien ook wel wakker liggen om precies dezelfde gedachten. En we hoeven er niet over te praten. Maar het kán wel.
Veel bewondering heb ik voor je, oma Diny. Ik vind het inspirerend hoe je in het leven staat. En hoe je mij en vele anderen om je heen weet te peilen, te sussen en een fijn gevoel te geven. Hoe je daar niet veel voor nodig hebt.
“Wat scheelt er?” Met opgetrokken wenkbrauwen en een betrapte blik kijk ik recht in de ogen van één van mijn lievelingsmensen. “Ach, je weet wel, een beetje liefdesverdriet”, weet ik balend uit te brengen.
Hoe je aanvoelt dat er soms ook even niks gezegd hoeft te worden, dat een hele dikke knuffel al véél goedmaakt. Hoe je liefdevol over je leven met opa Benny kan vertellen. Niet bang om emotie te tonen maar vervolgens wel weer volop je schouders eronder en sterk doorgaan.
“En toen,” begint ze te vertellen, gierend van het lachen, “toen vond de begrafenis plaats. Twee dode vogeltjes, gevonden tijdens het buitenspelen. De héle middag waren jullie bezig met de voorbereidingen. Opa moest een optocht regelen en de kar klaarmaken, jullie schreven héle brieven, die voorgelezen moesten worden.” Een kleine onderbreking volgt, inmiddels heeft ze een rood hoofd gekregen en vormen er tranen in haar ogen van het lachen. Ik kijk mijn zusje aan, we grinniken. “En tekeningen, ik heb ze denk ik nog wel boven ergens in een doos liggen.”
Hoe je de waarde inziet van gebeurtenissen. En hoe je er met veel liefde en regelmaat aan denkt om deze gebeurtenissen voor een fractie van een seconde samen te herbeleven. Hoe je te allen tijde klaarstaat voor je familie en vrienden, ook al heb je die dag al zoveel verdrietige verhalen voorbij horen komen. Hoe je liefhebt.
“Kun je nog wel slapen zo denk je?” Ik glimlach om de lieve vraag en laat haar weten dat het echt wel goed gaat komen en dat ik uitkijk naar de afspraak die we net maakten. “Dankjewel voor je belletje meis!” – Jij dankjewel, ik hou van je oma! “Dag hoor meis, kus!”